- Tendance
- / Talents
Door Alain Voisot
Hoe kun je spreken over een levende legende die geprezen werd door Jack Lang, Jean Edern-Hallier, Depardieu, Charles Dumont, Catherine Lara, Salvatore Adamo, David Copperfield, Michel Drucker, Christian Lacroix… Een legende die samenwerkte en van gedachten wisselde met César et Buffet?
Die legende is José Chapellier. Een kunstenaar afkomstig uit Luik, die zich na een drie decennia durende internationale loopbaan in Henegouwen vestigde. Zijn stijl? Neem een stevige portie Chagall, bestrooi die luchtig met wat Léger, voeg er een theelepeltje Somville en een snuifje Picasso aan toe… Meng dat langzaam en lang. Dan verschijnen er scherpe, vastbesloten en krachtige trekken. Giet alles in diep koningsblauw en laat José Chapellier dan bovendrijven. De kleur ontsteekt het licht, en het omgekeerde natuurlijk ook.
Hij staat in de «Bénézit, Dictionnaire des peintres, sculpteurs, dessinateurs et graveurs» (Uitgeverij Gründ) en in de «Who’s Who in International Art». Het heilig vuur dat hij ontving, geeft hij door. Gefascineerd als hij is door het werk van de Vlaamse expressionistische schilder Rik Slabbinck, zoekt José Chapellier zijn bronnen in de grote kunstcatalogus en zoals alle grote scheppende kunstenaars vindt hij zijn eigen taal uit. Hij begint in de twijfel en de treurigheid van een leven dat uit noodoplossingen bestaat. Interieurontwerper, huisschilder, pistoolschilder, fabrieksarbeider en publiciteitsdirecteur. Hij koopt rommel op om die te verkopen op de brocantemarkt van het Vossenplein in de Brusselse Marollen. Hij doet klusjes en de fantasie ontstaat uit het voortdurend samengaan van de blik en de hand. Toen hij dertig werd, besloot hij naar buiten te treden. Toevallige ontmoetingen deden de rest.
Creativiteit
Maar voor hem is alles eenvoudig en evident. Hij beslist zelf over zijn werk, zonder te wachten op de waardering van de «gevestigde» kritiek van gediplomeerden die zelf niets verwezenlijken en niets van het scheppingsproces kennen. Het oeuvre is werk en geen openbare ejaculatie van gulzige en gretige schijnkunstenaars. Wat zie je daar ? – Een hoop stenen – Maar ik zie een muur, een kathedraal, een huis... Het beeldhouwwerk van Chapellier heeft iets van een geniale recuperatie. Hij bewondert de Afrikaanse kunst van het recupereren. De echte prestatie is het afgewerkte voorwerp te zien vanuit een lege spuitbus, een leeg blikje, een stukje ijzerdraad… Het voorwerp wordt losgemaakt van zijn oorspronkelijke functie. De verrassing verleidt, de symboliek wordt evident en brengt de kunstkritiek in verlegenheid. José Chapellier gaat verder en bundelt de overvloed – hier betreed je het terrein van Kris Kuksi en Stéphane Halleux, die ook afkomstig is uit Chênée bij Luik.
Bevestiging
Jean Edern-Hallier schets van hem een profiel in een tekst vol wervelende aforismen: «Als Vlaming en Luikenaar werd hij geboren in de klei waaruit de grootste kunstenaars komen. Zoals Jezus in de apocriefe evangeliën kon hij van een kluitje slijk een vogeltje maken. Zijn onuitputtelijke vindingrijkheid gebruikt techniek, versiering en natuur in een spontaan verband. Bij hem bootst de natuur de kunst niet na, net zomin als de kunst de natuur imiteert, maar speelt de diepe complementariteit die de kunstenaar nu eens uitlokt en dan weer verijdelt. Aan de dikke boomschors voegt hij een tweede schors toe. Aan de wortel een tweede wortel en aan een eenvoudig blad het geruis van het denkbeeldige blad dat we in onszelf ontdekken wanneer we de ogen sluiten en ons het zintuiglijke woud inbeelden. José Chapellier is groot in de eenvoudigste betekenis van het woord – hij is eenvoudigweg groot». Zijn vrijheid heeft een prijs. Hij is niemand rekenschap verschuldigd. Als de kathedralenbouwers trouwens een budget hadden moeten voorleggen en zich contractueel aan een businessplan en een strategie hadden moeten binden, zou er in heel het Westen geen kathedraal te bespeuren zijn…
In de Grote Tijdgalerij
Ons tijdperk telt meer dan 4000 jaar kunstwerken. In de Grote Tijdgalerij van het Louvre in Lens kan iedereen een beknopt overzicht maken van de creativiteit van de verschillende beschavingen. Dankzij dit unieke museum ter wereld kunnen we de evolutie van de kunstgrammatica begrijpen. Die taal is niet vastgeroest in een perfecte weergave van de werkelijkheid, de levende tijd, het gebaar, het ogenblik, het licht en de indruk. Kunst geeft ons een andere kijk... Onze tijd zoekt iets anders… José Chapellier past in dit moment van de Kunstgeschiedenis. Modern schilder, beeldhouwer, figuratief kunstenaar? Hedendaags? Etiketten vallen af en vergelen, want het werk van José Chapellier zal binnen 50 of 100 jaar anders worden bekeken en geplaatst in het kader van hetgeen waardoor het werd gevoed en van de inspiratie die andere scheppende kunstenaars er zullen in vinden. Dat is voor iedereen evident. Het volgt de beweging van de tijd. Andere kunstenaars hebben hem als een van de hunnen erkend. In 2006 zingt José Van Dam voor zijn 60e verjaardag tijdens een gala-avond in de Albert Hall in Brussel. Beide vrienden zijn medeplichtigen. (cf. kaderstuk).
José Chapellier en José Van Dam: medeplichtigen en vrienden in het leven en de kunst |
De twee Josés Er waren eens twee Belgische kunstenaars die elkaar ontmoetten op een avond in het zuiden van Frankrijk. Meer dan twintig jaar later werd die band nooit verbroken door routine of afstand en evenmin verzwakt op de sociale netwerken… Niets heeft die vriendschap aangetast, die van het ene liefdadigheidsgala naar de andere vernissage steeds sterker werd en uiteindelijk door allebei als een artistieke medeplichtigheid werd beschouwd. Beide internationaal befaamde kunstvedetten hebben altijd een of ander plan of idee waardoor ze hun wederzijdse verstandhouding versterken. Op 25 maart 2018 organiseren beide spitsbroeders een liefdadigheidsgala ten voordele van twee verenigingen voor hulp aan kansarme kinderen, «Les enfants de Calcutta» en de vereniging «Papillons», die opkomt voor verlaten kinderen in de streek van Charleroi. Die galalunch zal op de middag van 25 maart plaatsvinden in de Acacia-zaal van het kasteel van Edingen. Voor € 100 krijgt u een tweegangenmenu met champagne, dessert, koffie en... wijn. Maar de hoofdschotel zal het door Daniel Frostroy (Jackadi) gepresenteerde optreden zijn van José Van Dam… ja, José van Dam in hoogsteigen persoon, die aan de piano wordt begeleid door niemand minder dan Abdel Rahman El Bacha en Patrick D’heur. Celliste Suzanne Vermeyren zal er een hemelse toets aan toevoegen. Dat veelbelovende evenement, dat zeker intens, elegant en beschaafd zal zijn (wat tegenwoordig al te zeldzaam is), wordt omkaderd door een retrospectieve met de jongste werken van José Chapellier. Verplichte boeking op het nummer +32 475 93 77 92. |
Filosoferen
Creativiteit leer je niet, ze ontstaat uit noodzaak. Ze is een vervorming van de geest die door noodzaak wordt veroorzaakt. Misschien is ze een storend en hinderlijk gebrek, dat anderen ervaren als een afwijkend gedrag, een wanordelijkheid. Orde houdt van kunst die op haar lijkt. Techniek kun je leren, maar ze is enkel een instrument om te kunnen werken met gereedschap. Zonder behoefte creëert men niets, men kopieert alleen maar. Uit zijn tentoonstellingsbrochures blijkt dat José Chapellier stenen gooit in de kikkerpoel van de kunsthandel. Hij komt immers uit Luik, wat zijn felle en directe toon verklaart. «Vroeger namen galerijen risico’s. Nu telt enkel geld, net zoals voor musea. Niemand zal ook maar één cent geven voor een jonge scheppende kunstenaar, wanneer die niet reeds gewaardeerd wordt… Geen enkel meesterwerk is zulk een gok waard, zelfs Picasso niet, voor wie men nu 1,5 miljard neertelt. (…) Net als beeldhouwen is schilderen echt een vak dat werk vraagt. Ik blijf dan ook altijd sceptisch wanneer ik hoor van jonge wolven die bluffen dat ze het gemaakt hebben. Succes (dat iets heel vluchtigs is) hangt van zoveel dingen af… en staat jammer genoeg niet altijd in verband met de kwaliteit van het werk. Te veel galerijen doen eender wat met eender wie. Ze hebben slechts één doel: geld, de drijfveer van de oorlog. ‘Hedendaags’ is voor kunst het ideale adjectief om het ondefinieerbare te definiëren, waarbij enkel een buitensporig snobistische «jetset»-intelligentsia met veel geld voordeel heeft bij het promoten van een of andere X... Succes is iets heel kwetsbaar en bedrieglijk». Salvator Dali ligt aan de basis van dat soort kunstmanagement, een vulgaire en provocerende «peepshow», terwijl de kunstenaar echt getalenteerd en geniaal was. Maar wie aan het standbeeld van de heerser raakt, wordt verbannen naar de vergeetputten van de massa en naar de definitieve anonimiteit.
Het geheim van erkenning
Toeval dat ander toeval veroorzaakt, de aandacht van de op publiek en sensatie beluste media wordt altijd gevolgd door slappe periodes. Hoe bekender men is, hoe langer de media-aandacht krachtig en langdurig zal zijn, of het nu gaat om kristal, dan wel om hout, brons of marmer – daar is niets tegen bestand. De prestatie is nooit gratuit; hij maakt «eglomisés» (hij is een van de weinigen die gebruikt maakt van deze techniek, die bestaat uit het omgekeerd schilderen op glas of op plexiglas) op cello’s van plexiglas en hij vraagt aan elf beroemde cellisten (Justus Grimm, Jean Helling, Pieter Wispelwey, Heinrich Schiff, Yo-Yo Ma...) een tekst te schijven die hun emoties uitdrukt. Zo schept hij een prachtige combinatie van muziek en schilderkunst. Zijn werk werd internationaal bekend en opgenomen in prestigieuze collecties zoals die van Savaltore Adamo, Mohamed Ali, François Mitterrand, Jean Marais, Grégory Peck, Jean Edern Hallier, Western Union International, het Museum van Schone Kunsten van Doornik en Luik, de Bank Paribas…