Waw magazine

Waw magazine

Menu
© Hardy Photographie

Saroléa, met een sociaal tintje

  • Tendance
Liège  / Herstal

Door Michel Jonet

© Province de Liège - Musée de la Vie

De voormalige Saroléa motorenfabrieken waren ondergebracht in wat nu het Motorium Saroléa is. Dat pand was het toneel van alle technische, sociale en arbeidsontwikkelingen in Herstal. In de loop der tijd heeft de plaats zich ontpopt tot een museum en restaurant met een maatschappelijke doel.

 

De vier lettergrepen Saroléa vormen de grondslag van een dol avontuur op twee wielen. De wanden van het oude gebouw trillen van emotie als ze terugdenken aan de dag van 1850 waarop Matthias Joseph Saroléa zich in deze wijk, toen Hayeneux genoemd, vestigde om er een kleine wapenfabriek te openen. Ook al trotseerde het kleine wapenarsenaal met moeite de Frans-Pruisische oorlog, toch moest het snel zijn koers zien te wijzigen want aan het einde van de 19e eeuw was de fiets in opkomst, die op zijn beurt al snel werd ingehaald door de motorfiets. 

Vanaf 1901 kon je het eerste geknetter van de Saroléa-motorfiets horen in de straten van Herstal. Al snel gevolgd door uitspattingen van vreugde : in 1912 werden er maar liefst 10.000 motorfietsen verkocht. In datzelfde jaar was er ook de overwinning in de motorrace Parijs-Nice en werden er zes gouden medailles binnengesleept in de race Parijs-Luik. In de twintiger jaren stelden de fabrieken Saroléa, FN en Gillet in Herstal meer dan tweeduizend werknemers tewerk. Op Saroléa renden toen de Belgische kampioenen Mineur (1923), Lambert (1935) en Grégoire (1938). Een prachtteam !

Inmiddels is de rust in de wijk teruggekeerd. De sterke groei van de automobielmarkt voor kleine voertuigen (Renault 4 HP, Citroën 2 HP) na de tweede wereldoorlog en de concurrentie van de Japanse motorfietsen, dwongen Saroléa ertoe, na een sterke terugval in de jaren zeventig, om haar deuren te sluiten.

 

Een begeleidingscentrum

Nadat een papierfabriek zich erin had gevestigd, werden de oude gebouwen aangekocht door de AIGS (Association Interrégionale de Guidance et de Santé), waarvan de bestuurders overtuigd waren van de behoefte om er een begeleidingscentrum te stichten. Het ging daarbij om het verhogen van het sociaal-culturele niveau van de bevolking, en meer bepaald dat van kinderen en risicogezinnen, in een dynamiek van gelijkheid, vrijheid en rechtvaardigheid.

Zo bracht de AIGS, onder impuls van haar secretaris-generaal Marc Garcet, een aantal van haar diensten onder binnen de muren van de voormalige Saroléa-fabrieken : ondersteunende diensten (begeleidingscentrum, spelotheek, dagcentrum...), culturele en educatieve activiteiten (tentoonstellingen, wandelingen, kunstgalerijen, conferentieruimte...) en een restaurant met een socio-professioneel doel.

Dit overblijfsel van het rijke, industriële verleden van de regio heet nu Motorium. In het museum wordt de geschiedenis uiteengezet van Herstal en de Saroléa-fabrieken, vanaf 1830 tot op heden, waarbij een parallel getrokken wordt met de geschiedenis van de werknemers, de sociaal-economische omwentelingen van mei 1968, de emancipatie van de vrouw enzovoort. Via een rondleiding - enkel op reservatie – ontdekt u er de werktuigen van de smederijen en wapenwerkplaatsen, de sfeer van de cabarets «Belle Epoque»en de motorfietsen die de roem aan de naam Saroléa hebben gegeven. Naast het museum worden er geregeld tentoonstellingen georganiseerd door de provincie Luik, bibliotheken, en zo meer.

 

De elektrische renaissance 

Met de sluiting van de fabriek in 1973 is het verhaal van de Saroléa-motorfiets nog niet af. In 2009 besloot de tweeling Bjorn en Torsten Robbens, ondernemers en gepassioneerde motorliefhebbers - de laatste won de 24 uur van Le Mans in 2004 - het historische, iconische merk "Demoiselles de Herstal" over te kopen en de productie ervan in een werkplaats in de buurt van Gent opnieuw te lanceren. Hun inzet daarbij was Saroléa nieuw leven in te blazen om hoogwaardige elektrische motorfietsen op de markt te brengen, niet alleen voor racers maar ook voor particulieren. De SP7 (204 pk, 190kg, 270 km/u max.) heeft al een interessant debuut gemaakt op circuits, terwijl er al sinds 2017 een twintig Manx-7 zijn verkocht aan gepassioneerde afficionados in België, Australië, de Verenigde Staten en Thailand... De twee broers hebben de ambitie om in 2019 zo’n 250 motorfietsen per jaar te produceren en een tweede model te presenteren, weliswaar meer 'sport touring‘ en comfortabeler, met een actieradius tot 400 kilometer.

 

Een sociaal en solidair restaurant 

Met het onderbrengen van een restaurant in een oud industriegebouw waar cultuur en gastronomie samensmelten ter gelegenheid van tijdelijke tentoonstellingen wordt aan een belangrijke vraag van de bevolking voldaan. Maar het is nog sterker wanneer dit restaurant een sociaal doel heeft. Het restaurant «Le Saroléa» is immers één van de locaties van het Centrum voor Sociaal-Professionele Integratie (CISP) van de door Wallonië erkende vennootschap Work'inn. Het pedagogische doel van het programma is stagiairs de kans geven in een reële werkomgeving een technische stage of algemene opleiding te volgen, zodat zij een vak aanleren en zich in het beroepsleven kunnen herintegreren. 

Om er te komen moet men een lange gang door waar expo’s van de ArCaché-galerie en tijdelijke evenementen plaatsvinden. Het restaurant ademt de sfeer van zowel de Parijse bistro als de Italiaanse cantinetta. Je wordt er bediend aan een imposante bar waar het cliënteel van stamgasten bestaat uit plaatselijke winkeliers, bekende advocaten, scherpe fijnproevers en mensen die het beroepsherinschakelingsprogramma volgen.

Twee ervaren chefs

Het restaurant wordt gerund door twee vrienden, twee grote namen uit de Luikse restaurantsector met een rijke ervaring : Patrick Marée en Frédéric Pelzer. Alle producten zijn vers en seizoensgebonden en worden door hen geselecteerd volgens hun inspiratie.

We kennen Patrick Marée, met zijn rugbylook en legendarische «glimlach» van Robert Lesenne's restaurants (voornamelijk de Bistrot d'en Face) en zijn eigen Luikse restaurant, «Le Pancione». Afgepeigerd door de onzekerheid in het dagelijkse horecaleven, besloot hij zijn vakkennis door te geven aan mensen die het moeilijk hebben.

Wat streekproducten aangaat, kent de chef het klappen van de zweep. Ook al kan hij je een meesterlijke vertolking van niertjes op Luikse wijze of een bloedworst met plaatselijke compote serveren, samen met een aardappelpuree op Joël Robuchon’s wijze, waagt hij zich ook graag aan Franse streekgerechten zoals een rijkelijke cassoulet of een overheerlijk vijf uur lang gestoofd lamsboutje met boterboontjes. 

Kortom, Patrick is gepassioneerd en heeft een hart voor gastronomie. Hij staat alom bekend voor zijn onthaal. Met vaak dat kleine glimlachje dat lijkt te zeggen : «Als je bij mij aan tafel gaat zitten, word je als een vriend onthaald. Geniet van dit moment en dan zien we wel, basta cosi ! ».

Hoewel de twee kompanen erin slaagden een verscholen juweeltje voor fijnproevers op te zetten, is het aangeraden vooraf te boeken omdat het restaurant slechts 32 zitplaatsen telt. Prijzen zijn schappelijk (alle dagschotels komen op 10 euro) en de porties rijkelijk.

In het restaurant van Patrick Marée en Frédéric Pelzer, wordt je er bediend aan een imposante bar waar het cliënteel van stamgasten bestaat uit plaatselijke winkeliers, bekende advocaten, scherpe fijnproevers en mensen die het beroepsherinschakelingsprogramma volgen.

 
 
 
 
Work’inn asbll
Rue Saint Lambert 84
B-4040 Herstal
+32 4 248 48 18
 
sarolea@aigs.be
Your opinion counts