- Tourisme
- / Gîtes de Wallonie
Door Thierry Desiraut
In Houdeng-Aimeries, halverwege tussen het historische kanaal van het Centrum en de nieuwe kanaalbrug, staat de Moulin du Ya. Een stuk plaatselijk erfgoed dat tot een ongewoon vakantiehuisje voor 4 personen werd verbouwd.
De vanop de lager gelegen weg nauwelijks zichtbare molen lijkt op een wachttoren die op een heuveltje te midden van het groen staat. Het is een molen zonder wieken en zonder dak. Een overblijfsel van een vergeten activiteit in een streek vol sporen van een roemrijk industrieel verleden. Een uit de toon vallend gebouw in een omgeving die overheerst wordt door de verpletterende massa van de kanaalbrug die rechtstreeks leidt naar de scheepslift van Strépy Bracquegnies, dat is de Moulin du Ya, die tot een ongewoon maar gezellig vakantiehuisje verbouwd werd. Men beweert dat ronde vormen de zeden verzachten, doch hier is het de ronding van de muren die de nachten verzacht.
Alles begon toen Frédérique Celant, professor plastische kunst, en Christophe Dupont, die elektricien van beroep is, zich 17 jaar geleden in Houdeng-Aimeries kwamen vestigen in een huis aan de rand van een rustige buurt. Het gebouw was een oude maalderij, waarvan een mooie en door een grote tuin omgeven woning werd gemaakt. Het jonge paar kocht tegelijk de oude verlaten molen naast de maalderij.
“De molen was geplunderd”
Frédérique Celant herinnert zich dat “de molen geplunderd was. Heel de binnenuitrusting – machines, katrollen en trappen – was verdwenen. Enkel het metselwerk bleef over. Toen we hier kwamen wonen, gebruikten we de molen als ons tuinhuisje. Later dachten we dat, als we er niet iets van gingen maken, het gebouw vanzelf zou instorten. De molen is een ongewoon en ietwat uitzonderlijk gebouw, maar als het in die staat bleef, zou niemand hem willen kopen. In 2014 besloten we er een vakantiehuisje van te maken.”
Het Waals Gewest moedigde het paar daartoe aan, want er bestaat zeer veel potentieel in deze streek van het Centrum, waar geen gebrek is aan toeristische attracties, zoals de scheepslift, het mijnmuseum en de woonwijk van het Bois du Luc. Het nabijgelegen Bergen kan met zijn troeven veel buitenlandse bezoekers trekken.
Drie jaar werk
Het koppel wilde geen lening aangaan, maar trommelde zijn familieleden op, die alles gingen uitvoeren wat binnen de mogelijkheden van goede doe-het-zelvers ligt. Voor het grote werk deden ze een beroep op ambachtslieden, die warmliepen voor het restaureren van dat buitengewone gebouw. Ze legden zich toe op de binneninrichting en kwamen met originele ideeën voor het oplossen van de technische problemen die ronde muren met zich meebrengen. De werken duren drie jaar, maar het resultaat is tegelijk verrassend en perfect geslaagd.
Op de benedenverdieping werd een grote ruimte ingericht als salon en eetkamer, waar men gezellig rond het haardvuur kan zitten. De ingerichte keuken is voorzien van de nodige huishoudapparatuur. Via een ijzeren trap komt men in de slaapkamer met een groot bed en een badkamer. Wie sportiever is, kan langs een ladder naar een tweede kamer met rond bed gaan, die bijzonder geschikt is voor kinderen. Het geheel is in de oude fabrieksstijl uitgevoerd, maar toch heel gezellig.
Frédérique, de “Superhost”
En het werkt! Frédérique tovert trouwens een brede glimlach te voorschijn wanneer ze daarover begint: “Sinds de opening van het vakantiehuisje en na een tamelijk matig eerste jaar, hebben we nu geregeld boekingen en zijn haast alle weekends van juli tot oktober bezet. Het moet gezegd dat we voor minstens twee dagen verhuren.”
En de klanten? “Veel Brusselaars die op zoek zijn naar wat groen dat niet te ver van de hoofdstad ligt. Maar er komen ook Engelsen, Amerikanen en andere buitenlandse toeristen die aangetrokken worden door het feit dat we ingeschreven zijn als AirBnb-verblijf”.
De Moulin du Ya biedt plaats voor vier personen en beschikt over twee slaapkamers, een badkamer en een sauna. Frédérique staat trouwens bekend als “Superhost”, een ervaren en door de reizigers zeer gewaardeerde gastvrouw.
“Hier zijn de mensen echt welkom. We informeren ze over de streek, ook al hebben ze dikwijls zelf hun verblijf goed voorbereid. En we komen met veel plezier tegemoet aan hun wensen en hun vragen. Wat ons motiveert, dat is de uitwisseling en de ontmoeting met mensen die dikwijls van zeer ver komen. Ze komen hier kijken naar de scheepsliften op het Centrumkanaal en naar de Kantine van de Italianen, terwijl ze ook dikwijls La Louvière en Bergen bezoeken. Sommigen komen ook voor de carnavalsfeesten van Binche en La Louvière. Maar wat ze vooral zoeken, is de rust en de cocooning die de molen biedt.”
De “Ya”», dat is Athanase Ghilain
De molen werd in 1865 door François Blondiau gebouwd. Hij maakte deel uit van een groter geheel, dat ook een watermolen omvatte, de Moulin Collet, die zich op de lager gelegen beek Thiriau du Sart bevond. Het geheel werd aangevuld door een hoeve. De watermolen produceerde cichorei en de windmolen meel. Wanneer een van beide molens geen water of wind had, werd de andere gebruikt. Bij de dood van molenaar Blondiau werd de hoogst gelegen molen overgenomen door Athanase Ghilain, die gewoonlijk “le Ya” werd genoemd. Vanwaar kwam die bijnaam? Dat is men vergeten, maar de nieuwe eigenaar kon niet lang profiteren van zijn aanwinst. In 1886 rukte een hevige storm de wieken van de molen, terwijl een andere het dak vernielde. Tot aan de wederopbouw door de familie Dupont, stonden nog enkel de muren van de verlaten molen overeind. Die bieden nu opnieuw plaats aan heel wat activiteit.
Moulin du Ya
Rue de Bignault 30
B-7110 Houdeng-Aimeries (La Louvière)
+32 (0) 479 23 47 03
www.lemoulinduya.be