- Dossier
- / Design
Door Carole Depasse
Een kruisgesprek tussen Giovanna Massoni, artistiek directeur van ‘Reciprocity Design.Liège’, en Cyrielle Doutrewe, projectleider van Wallonie Design, over de betekenis van de woorden design en designer: volgens de één verkwanseld, volgens de ander miskend en teruggebracht tot een kunstzinnig beroep.
Is de designer een kunstenaar?
Cyrielle Doutrewe: Ik ben diep bezorgd wanneer de designer als kunstenaar wordt aangeduid. De designer is geen kunstenaar. De kunstenaar voert een monoloog. Hij wil iets zeggen over de samenleving of uiting geven aan zijn gevoel en maakt daarom een kunstzinnig gebaar, dat het publiek begrijpt of niet. Dat kan de kunstenaar niet schelen. De designer wordt niet gemotiveerd door zijn eigen gevoel of verlangen. Hij luistert naar de samenleving, voert een dialoog en komt met passende antwoorden die overeenkomen met de uitdagingen. Laten we een voorbeeld nemen. De kunstenaar kan een urinoir maken dat aan één kant scheef is of niet op een afvoerbuis is aangesloten. De designer moet juist kijken naar de eerste functie van het urinoir: hoe kunnen mensen hun behoefte doen? Zijn antwoord moet dus functioneel zijn.
Giovanna Massoni: Ik zou niet zeggen dat de monoloog het kenmerk van de kunstenaar is, want in de hedendaagse kunst wordt gestreefd naar participatie van het publiek en een manier van vragen stellen die soms aan provocatie doet denken. Ik zou zeggen dat de kunstenaar vragen oproept en de designer naar oplossingen zoekt.
Valt het station Luik-Guillemins, dat door Santiago Calatrava is gebouwd, onder design en architectuur?
CD: Het station van Luik is een schitterend wit bouwwerk van glas en metaal. Maar het is geen design. Is het slim om in een klimaatzone als België een station te bouwen dat helemaal is blootgesteld aan de wind? Niet echt. Ik denk dat Calatrava het designgedeelte van zijn werk heeft verprutst.
GM: Design levert ook een dienst. De bouw van een station moet niet alleen de gebruikers dienen, maar ook de bewoners van de wijk waar het is gevestigd. Een goed ontworpen station moet immers voor een ‘aangename ervaring’ zorgen. Bij design hebben de aspecten nut, ergonomie en ervaring zowel betrekking op de esthetiek als op het gebruik. Design zorgt voor een beter bestaan.
CD: Ik kom altijd terug op de Thonet-caféstoel als ik duidelijk over design wil praten. Dat is het meest overtuigende voorbeeld van het geslaagde werk van een designer. Deze stoel heeft geen ‘designlook’ als we uitgaan van de formele beoordelingen van interieurmagazines. Dit ontwerp van rond 1860 is het optimale antwoord op een bestelling van meubilair voor een café. De ontwerper heeft overal aan gedacht: de esthetiek, het materiaal, de techniek, het gereedschap, het vervoer, de opslag en de montage. Deze stoel is gaandeweg een icoon op het gebied van meubeldesign geworden.
Design verandert dus ons dagelijks leven?
CD: Design houdt zich bezig met vorm, functie en gebruik. De ontwerpen van designers zouden idealiter ons gedrag en onze manier van leven moeten beïnvloeden. De designer zoekt, analyseert, vernieuwt, maakt prototypes, experimenteert en begint opnieuw als zijn werk niet aan de eisen voldoet om in de behoeften van de gebruikers te voorzien. Aan het einde van het proces is het zijn doel om een zaak te dienen. Dat is design!
GM: Om dat doel te bereiken, moet de designer de samenleving begrijpen. Hij is verplicht om nauw samen te werken met allerlei disciplines, zoals psychologie, sociologie, filosofie, ingenieurswetenschappen en biochemie. Wist je dat bedrijven op het gebied van digitaal design filosofen inschakelen om hun producten te bedenken?
CD: De designer heeft een enorm potentieel als bemiddelaar, want hij kan het technische verhaal van de ingenieur, het sociale verhaal van de antropoloog en zelfs het commerciële verhaal van de ondernemer begrijpen. Ontwerpen die niet gepubliceerd of verkocht worden, zijn inderdaad niet het doel dat wordt nagestreefd.
Associeert Reciprocity zich daarom ook met ‘maatschappelijke innovatie’?
CD: Reciprocity is geen kunstenaarstentoonstelling en ook geen kunstgalerie. We laten een werkwijze zien. En die werkwijze is van toepassing op alle designsectoren.
GM: Reciprocity is een laboratorium dat de resultaten toont van werk dat gemiddeld één tot zes jaar heeft geduurd en dat in verschillende workshops voorafgaand aan de triënnale is verricht. Dit jaar is ‘kwetsbaarheid’ de thematiek (en ethiek) die is gekozen om al deze onderzoekingen te presenteren.
WalloniË (in the) Design Station
Het Design Station is een modernistisch gebouw dat onderdak biedt aan twee belangrijke Luikse spelers op designgebied: Job’In Design en Wallonie Design. Job’In Design is een starterscentrum voor designbedrijven en een structuur voor maatwerkbegeleiding van designers en modeontwerpers.
Wallonie Design brengt designers in contact met ondernemingen, stimuleert samenwerkingsverbanden en brengt goede resultaten of interessante trajecten onder de aandacht door evenementen te organiseren of artikelen te schrijven die met name via een website en een newsletter worden gepubliceerd. De vereniging steunt designers ook bij hun productie- en verkooppogingen. Wallonie Design speelt echter geen rol in de export, want daarvoor is Wallonie-Bruxelles Design Mode de bevoegde instantie.
© SPI-Houet