- Dossier
Door Gilles Bechet
Het is niet voldoende dat jongelui met eenzelfde doel worden samengebracht. Om een hechte ploeg met solidariteitsgevoel te creëren, beschikt het team van Euroskills over een specifieke opleiding die wordt verzorgd door een pluridisciplinair team dat ervaring heeft met de begeleiding van sportlui.
Jullie zijn sportlui. Drie dagen lang gaan jullie van je beroep een sport maken!’ In de grote hal van het Sunpark in Vielsalm worden de Belgische deelnemers met die woorden begroet bij het begin van hun eerste gemeenschappelijke vormingsweekend. De wedstrijd ligt nog meer dan 100 dagen ver in de toekomst, en er heerst nog geen spanning. Maar zodra de 35 jongelui in oktober op Euroskills hun werkruimte zullen hebben ingenomen, zal de druk van de omgeving en uit zichzelf stijgen. Ze kunnen er dus maar beter klaar voor zijn.
Sinds 2010 is de ploeg die de deelnemers voorbereidt op de uitdaging en de stress van een internationale competitie, uitgebreid en geprofessionaliseerd. En wie kan ze beter voorbereiden dan mensen die beroepsmatig sportlui begeleiden en klaarstomen? De ploeg van opleiders, de ‘teamleaders’, bestaat uit een sportarts, een psycholoog en een fysiotherapeut, verbonden aan de dienst gezondheid en levenskwaliteit van de provincie Luik. Alle drie zijn ze gespecialiseerd in de begeleiding en voorbereiding van sportlui. Ze worden bijgestaan door een sportleraar die weet wat het betekent om een groep te trainen. Hij kiest de verschillende fysieke activiteiten die de opleiding kleuren.
Dat verloopt in drie stappen. Het eerste bedrijf speelt zich af in het vrijetijdscentrum van Vielsalm en de bossen eromheen. Het is gericht op de fysieke aanpak en de groepsdynamiek. ‘Er komen zo’n dertig jongelui, uit de drie verschillende gewesten van het land, en die kennen elkaar niet. Het is voor hen belangrijk dat ze in één ruimte samenleven en gemeenschappelijke activiteiten doen.’ Alle activiteiten zijn erg fysiek gericht, zoals de ‘run & bike’ of de oriëntatieloop. De bedoeling is de groep hechter te maken en solidariteit naar voren te brengen. De activiteiten die werden uitgekozen, stimuleren de kwaliteiten die je in de competitie nodig hebt: inzicht en luisterbereidheid. Hoe de kandidaten reageren op de fysieke uitdagingen geeft een idee van hun mogelijkheid om risico’s te nemen. In iedere groep komen al erg gauw de natuurlijke leiders naar voren. Dat is goed maar ook slecht, als ze blind vertrouwd worden. ‘We proberen beetje bij beetje de jongelui zover te krijgen dat ze hun grenzen uitproberen en ze misschien verleggen, zonder dat ze zichzelf daardoor schade toebrengen’, legt de arts uit. ‘Om je limieten te kennen, moet je ermee spelen, zonder jezelf pijn te doen. In elke competitie is er altijd een oncomfortabel moment, zoals er ook plezier is.’ Naast de groep is er ook het individu. Iedere jongeling wordt persoonlijk begeleid. Samen met hem worden zijn fysieke grenzen maar ook zijn mentale basis besproken. ‘Ik heb een gesprek met hen, om te kijken of ze nog voldoende zin hebben om zich te motiveren voor de competitie. Iedereen heeft zijn eigen kwaliteiten die hij kan uitspelen, zonder dat hij zich daarvan noodzakelijk bewust is.’ Tijdens de gesprekken kwam dit jaar één woord steeds heftiger naar voren: woede. Het is een teken dat de jongeling de situatie niet meer in de hand heeft en zijn greep verliest. Als je daar oog voor hebt, kun je de momenten vermijden waarop alles in een neerwaartse spiraal terechtkomt.
In de wedstrijdweek zullen de teamleaders inspelen op de behoeften van de deelnemers. Net zoals een bokser vooraf de ring gaat inspecteren, gaan zij samen de werktuigen ontdekken waarover ze drie dagen lang zullen beschikken. ‘
In het tweede weekend, op het terrein van Blégny-Mine, ligt de nadruk op het mentale werk en de stressbeheersing. Er worden rollenspellen gespeeld, die ze mogelijkheden bieden om de zaken te relativeren. Een medaille is wel cool, maar geen medaille is geen drama. Er wordt zowel op het individu als op de groep gewerkt. De kracht van de groep versterkt de kracht van ieder individu.
Iemand met wie het slecht gaat, kan de hele groep aansteken. De klemtoon ligt ook op de voeding. Burgers en chips naar binnen zwelgen is niet bepaald de beste manier om je op een wedstrijd voor te bereiden. Relaxatie daarentegen is een van de beste wapens tegen stress, dat is bekend. Maar in de kleine ruimten waar de deelnemers zich ophouden, is er niet voldoende ruimte om languit te gaan liggen. Daarom heeft de ploeg van de teamleaders op advies van de fysiotherapeut ontspanningsmethoden ontwikkeld die zich beperken tot de handen en de tenen. Maar er bestaan op dat vlak geen mirakelrecepten of onfeilbare methodes. ‘Je moet geval per geval bekijken. Iedereen moet de ontspanningsmethode vinden die het beste bij hem past. Sommigen zijn gevoeliger voor een geluidssugestie, anderen voor visuele of tactiele stimuli of voor de ademhaling.’ In de wedstrijdweek zullen de teamleaders inspelen op de behoeften van de deelnemers. Net zoals een bokser vooraf de ring gaat inspecteren, gaan zij samen de werktuigen ontdekken waarover ze drie dagen lang zullen beschikken. Tijdens de proeven blijven de teamleaders op de achtergrond. Ze zijn klaar om in te springen als er iets fout gaat, en als het fout dreigt te gaan, kunnen ze tussen de expert en de jongere in gaan staan – iets wat gelukkig niet vaak voorkomt. De fysiotherapeut zal letten op pijntjes die erop wijzen dat het lichaam onder te veel druk staat. ‘In tegenstelling tot sportlui zijn sommigen van deze jongelui er zich niet altijd van bewust hoe belangrijk het lichaam is. Het respect voor het lichaam hangt nauw samen met het respect voor anderen.’ Tijdens de hele competitie is de concentratie de rode draad die de deelnemer met zijn einddoel verbindt. Om te vermijden dat de deelnemers verstrooid worden of extra druk ondervinden, geven de teamleaders de raad om het contact met familie of vrienden te beperken. Het is een voorzorgsmaatregel die niet altijd goed wordt begrepen. ‘Een paar jaar geleden was er een moeder die op een paar meter van haar dochter ging staan en de hele tijd foto’s maakte. Vandaag zou ik dat niet meer toestaan.’ In de twee dagen voor de bekendmaking van de resultaten ondervinden de deelnemers een spanning die ze onder de knie moeten krijgen, zowel mentaal als in hun gedrag.
Na de competitie vindt de epiloog van de opleiding plaats. Ook al is het niet makkelijk om iedereen nog samen te krijgen, toch blijft het belangrijk om met enige afstand ervaringen uit te wisselen. ‘Als iemand iets mentaal gaat opslaan, is dat nooit op het moment zelf.’ Na de wedstrijd voelen veel jongelui zich gelukkiger en sterker. De solidariteit die ze aan de dag hebben gelegd, veronderstelt een opening naar de anderen, en is niets anders dan een vorm van respect. Het is weer eens een bewijs dat Euroskills veel verder gaat dan een demonstratie van technisch kunnen.