De tentoonstelling die tot 13 januari in Bergen plaatsvindt, is de eerste grote retrospectieve van Niki de Saint Phalle (1930-2002) in België. Ze vertelt hoe haar onbegrensde verbeelding en unieke kijk op de wereld haar internationale erkenning opleverden en haar tot een van de voornaamste kunstenaressen van de 20^e eeuw maakten. Ze illustreert de uiteenlopende wijzen waarop ze 50 jaar lang vorm gaf aan haar verlangen om de gelijke te worden van de mannen, door zich te doen gelden in een samenleving en een kunstwereld die tot dan toe door deze laatsten werden overheerst.

Met haar ongeremde en vrije artistieke aanpak kon ze in allerlei vormen (schilderijen, beeldhouwwerk, optredens, architecturaal werk, toneelstukken, films...) de vrije loop geven aan haar oeverloze, uitdagende en gewaagde verbeelding en vindingrijkheid. Los van musea en galerijen schiep ze een band met het publiek, voor wiens ogen ze werken maakten en dat ze aanspoorde om mee te doen, wat haar veel media-aandacht opleverde.

In het BAM (Beaux-Arts Mons) geven meer dan 140 werken op twee verdiepingen een chronologisch overzicht van de creatieve evolutie van de kunstenares, van haar eerste assemblages en schilderijen uit de jaren ’50 tot de beroemde Tirs uit de jaren ’60, via de sculpturen van bruiden en barende vrouwen uit het midden van de jaren ’60 en haar Nanas, haar emblematisch gebleven hymnen aan de vrouwelijkheid. De tentoonstelling belicht ook de voortdurende bekommernissen van de kunstenares: de sociale en politieke problematiek, woede, geweld, mythologie en sprookjes, alsook vrouwelijkheid.

In het centrum van Bergen staan drie werken van Niki de Saint Phalle: in de tuin van het BAM, in de Burgemeestertuin en in de Belforttuin. Die grote beeldhouwwerken maken deel uit van de stad en leggen het verband tussen het museum en de openbare ruimte, een thema dat de kunstenares zo dierbaar was.

www.bam.mons.be